De financiering van uw bv: fiscaal opletten!

Het financieren van of borg staan voor de eigen bv, is tegenwoordig gekoppeld aan diverse fiscale randvoorwaarden. De rente moet zakelijk zijn en wordt als de dga de lening verstrekt, bij de dga belast tegen 52%. Als het mis gaat bij de bv, is de afwaardering van de vordering bij de dga echter veelal niet tegen 52% aftrekbaar. In dat geval komt aftrek pas in de verre toekomst tegen 25% in box 2 in beeld.

Dit levert een tariefsnadeel op. Deze mogelijkheid is bepaald niet denkbeeldig en in de dga praktijk helaas vaker aan de orde dan men denkt. Overigens speelt deze problematiek niet alleen als de dga de bv vanuit privé financiert, maar ook als de holding of de pensioen-bv de werkmaatschappij financiert. In dat laatste geval bestaat zelfs de mogelijkheid dat het verstrekken van een lening door de pensioen-bv wordt gezien als een fictieve afkoop van het pensioen van de dga.
Dat is aan de orde als leningen worden verstrekt aan de werkmaatschappij, terwijl willekeurige derden daartoe nooit bereid zouden zijn geweest. Niet alleen bij het verstrekken van leningen speelt dit risico, maar mogelijk zelfs als de bv, holding of pensioen-bv borg gaat staan voor een lening van de werkmaatschappij. 

Kortom, het verstrekken van eigen financieringen aan de werkmaatschappij is fiscaal oppassen! Deze problemen spelen overigens niet alleen bij leningen en borgstellingen die vanaf nu worden verstrekt, maar op grond van de jurisprudentie ook voor al langer bestaande leningen en borgstellingen.
Ook verzuimen om aanvullende zekerheden te vragen of om daadwerkelijke incassotrajecten op te starten bij bestaande leningen kan problemen oproepen. Raadpleeg dan ook altijd een belastingadviseur als u leningen of borgstellingen gaat verstrekken en laat als het minder goed gaat met de werkmaatschappij ook regelmatig uw leningen fiscaal beoordelen: zijn acties noodzakelijk om een aftrekpost veilig te stellen? Bedenk daarbij dat een onterecht geclaimde aftrekpost tot een onjuiste aangifte en daarmee zelfs tot een boete kan leiden.

Recent kwam een met het voorgaande samenhangend probleem aan de orde in een uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. Het betrof een concern met verschillende werkmaatschappijen. Deze zijn actief in het vastgoed, maar dat maakte voor het belastinggeschil niet uit.
De holding en een dochtermaatschappij daarvan hadden leningen verstrekt aan diverse werkmaatschappijen en minderheidsdeelnemingen. Die leningen waren verstrekt in rekening-courant middels standaard leningovereenkomsten. In totaal werd over de jaren 2004 tot en met 2006 ca. € 3 miljoen afgewaardeerd en in de belastingaangifte afgetrokken als verlies op de leningen. In die jaren hadden de bedrijven, waaraan die leningen waren verstrekt ,aanzienlijke negatieve vermogens.
Volgens de inspecteur waren de afgetrokken verliezen op de leningen niet aftrekbaar. Het gerechtshof stelde de inspecteur in het gelijk.

Het hof constateerde dat jaarlijks telkens nieuwe leningen waren verstrekt ter vervanging van de eerdere leningen. Ieder jaar diende derhalve opnieuw te worden beoordeeld of de verstrekking van die nieuwe lening ook door een willekeurige derde zou hebben plaatsgevonden. Er waren voor de leningen ook geen zekerheden gevraagd, los van de vraag of die daadwerkelijk mogelijk zouden zijn geweest. Volgens het hof zou een derde gezien de negatieve vermogens onder deze voorwaarden geen lening hebben verstrekt. Bij de gegeven negatieve kasstromen en gebrek aan zekerheden zou die derde dit risico niet hebben genomen. De geldverstrekkers hadden de lening daarom alleen verstrekt omdat ze het aandeelhoudersbelang van de moedermaatschappij dienden. Daarom was het verlies op de vorderingen niet aftrekbaar.

Als de leningen niet ieder jaar opnieuw waren vernieuwd, maar zou er sprake zijn geweest van een oorspronkelijke oude leningovereenkomst met zekerheden, dan zou de uitkomst waarschijnlijk deels anders zijn uitgevallen. De wijze van financiering en de samenstelling van de lening en de voorwaarden daarvan bepalen de mogelijkheid voor fiscale aftrek. Als u uw financiering fiscaal wilt laten toetsen om optimaal gebruik te maken van eventuele mogelijk tot aftrek van een afwaarderingsverlies, dan kunt u contact opnemen met Ruud van den Dool T +31 70 311 54 11 of vandendool@delissenmartens.nl

 

Deze Nieuwsflits is slechts een algemene weergave van het geldende recht. Het kan op geen enkele wijze als advies in uw specifieke situatie dienen.

Gepubliceerd op: 6 januari 2015 in
De financiering van uw bv: fiscaal opletten!
Delen: